Print

Rondje flatsen en aannemen

De oefening in stappen

* speler 1 flatst de bal (A) naar speler 2
* speler 2 neemt zo aan dat hij direct ‘breed’ weg kan drijven
* speler 1 steekt over
* speler 2 flatst de bal naar speler 1 (op nieuwe positie)
* speler 1 neemt ‘kort’ aan
* speler 2 keer terug naar eerste positie
* speler 1 flatst de bal naar speler 3
* speler 3 neemt zo aan dat hij direct ‘breed’ weg kan drijven
* speler 3 flatst de bal naar speler 4
* speler 3 keert terug op eerste positie
* speler 4 neemt open aan
* speler 4 flatst naar speler 2
* speler 1 keert terug naar startpositie
* speler 4 steekt over

LET OP: spelers blijven op dezelfde plek. Draai na 2 minuten om: 1/4 voor 2/3

Waar je op moet letten

* let op de techniek van het flatsen (handen, láág etc)
* let op aannamen (open/gesloten, positie vd handen etc)
* positie 2 en 3 kunnen dubbel bezet zijn (om de beurt)
* zet de oefening twee keer uit (1 x per 4 of 6 spelers)
* begin langzaam (met pushen) om de looplijnen duidelijk te maken
* maak de oefening niet te klein (flatsen!)
* doordraaien: spelers blijven op dezelfde plek, draai na 2 minuten om