De oefening in stappen
* speler 1 speelt de bal naar speler 2 die oploopt (A).
* speler 2 draait terug bij de hoedjes en speelt speler 1 aan die achter speler 2 in guard-positie is gekomen (B).
* speler 1 neemt open aan en speelt direct speler 3 aan (C)
* speler 3 draait terug bij de hoedjes en speelt speler 2 aan die achter speler 3 in guard-positie is gekomen (D).
* speler 1 timed wanneer hij de cirkel inloopt, krijgt de bal van speler 2 en scoort (E)
* speler 2 draait terug bij de hoedjes en speelt speler 1 aan die achter speler 2 in guard-positie is gekomen (B).
* speler 1 neemt open aan en speelt direct speler 3 aan (C)
* speler 3 draait terug bij de hoedjes en speelt speler 2 aan die achter speler 3 in guard-positie is gekomen (D).
* speler 1 timed wanneer hij de cirkel inloopt, krijgt de bal van speler 2 en scoort (E)
Waar je op moet letten
* de guard komt achter de balbezitter, maar zodra deze terug draait – loopt de guard breed weg
* vraag de spelers uit te leggen waarom de guard belangrijk is. Goede antwoorden zijn:
– altijd een aanspeelpunt voor de balbezitter
– de guard kan al kijken wat deze met de bal kan doen
– als de balbezitter in een duel de bal verliest is de guard er om het balverlies meteen weer goed te maken
* vraag de spelers uit te leggen waarom de guard belangrijk is. Goede antwoorden zijn:
– altijd een aanspeelpunt voor de balbezitter
– de guard kan al kijken wat deze met de bal kan doen
– als de balbezitter in een duel de bal verliest is de guard er om het balverlies meteen weer goed te maken